Zijn gedragsregels en contracten een vereiste om een open samenwerking aan te gaan?
Samenwerking
Gedragsregels en contracten
Martijn Verwoerd: “Een zelfstandig ondernemer is altijd volledig verantwoordelijk, dat is ook de kracht van het zelfstandig ondernemerschap. Bij samenwerking is er niet één verantwoordelijke. Wanneer de samenwerkende partijen in de ingebrachte expertise duidelijk van elkaar verschillen, komt de verdeling van de verantwoordelijkheden op een natuurlijke manier tot stand, wanneer dat niet zo is, dreigt een situatie waarin niemand verantwoordelijkheid voelt en neemt.”
Ruth Mourik: “De deelnemers dachten aanvankelijk dat gedragsregels nodig zouden zijn en daar hebben we dan een aantal stappen in gezet. Echter, het bleek al snel dat wanneer je met elkaar gaat bespreken wat die regels dan moeten zijn, ze niet altijd meer nodig blijken te zijn. De deelnemers hadden zich zo bloot gegeven en kwetsbaar opgesteld dat er veel vertrouwen gegroeid was onderling. Het uiten van kernwaarden voor samenwerking binnen de groep bleek die kernwaarden te creëren. Een van de ondernemers maakte dit zichtbaar door op een gegeven moment de vraag te stellen: ” wat heb je nodig als je het niet hebt en niet meer nodig als je ze wel hebt? Antwoord: gedragsregels.”
Uit een onderzoek van Hagedoorn en Ridder (Hagedoorn, Ridder, 2012) blijkt dat 94,2% van de deelnemers contracten vastlegt met de partijen waar zij mee samenwerken. Het risico van het overnemen of zich eigen maken van de innovatie door andere bedrijven (‘appropriation’) wordt te groot geacht (Chesbrough, 2006); partijen gebruiken contracten dus om controle te hebben en houden over de werkzaamheden van anderen en om het innovatieproces te monitoren (Hagedoorn, Ridder, 2012). Het lijkt erop dat vertrouwen in veel gevallen niet voldoende is om contracten overbodig te maken.
Klein Woolthuis (1999) raadt een samenwerkingscontract aan dat moet worden ondertekend, waarin vast komt te staan dat er notulen moeten worden gemaakt, waarin de termijn van samenwerking vast moet komen te staan, condities om te stoppen, verwachtingen en doelen, kosten en wat te doen bij winst of verlies en eigendomsrechten.
Daarnaast kan het vastleggen van de eis dat kennisdeling zichtbaar moet worden gemaakt wederkerigheid in de hand werken, free-rider gedrag (waarbij iemand wel kennis ontvangt maar niet deelt) voorkomen (Kanagaretnam et al., 2010) en zelfbelang en opportunisme ontmoedigen (Han et al., 2012).