Is pre-concurrentiële samenwerking een vereiste bij het aangaan voordat men een open innovatietraject instapt?
Samenwerking
(pre-)concurrentieel samenwerken
Willem Böttger: “Dat hangt af van het soort partijen dat samen open innoveert. In het geval van de open innovatie alliantie Groot Composiet werkten concurrerende bedrijven samen. Voor een open innovatie proces gericht op het produceren van marktrijpe innovaties, waarin je met concurrenten samenwerkt is een grote klant (bijvoorbeeld de provincie Noord Holland) heel erg hard nodig die gelijk voldoende markt creëert voor al die ondernemers. Zonder het vooruitzicht van een voldoende grote markt zullen ondernemers de neiging hebben ieder iets voor zich te houden of te patenteren, zoals bijvoorbeeld de onderneming Polux heeft gedaan met zijn brandwerende coating en zoals ons bedrijf heeft gedaan met zijn materiaal Nebasco.”
Frits de Vos: “Je moet een product ontwikkelen dat voor iedere deelnemer nieuw is, en de kennis over de productie spreiden over de deelnemers. Ik denk aan composiet polymeren omdat je thermoplastische vezelversterkte producten beter kunt automatiseren, dat past in Europa.”
Jan de Zoeten: “We hadden eerder moeten beginnen met niet concurrentie gevoelige zaken zoals ISO certificering. We hadden dat kunnen doen in de vorm van een zeswekelijkse borrel waar we sprekers hadden kunnen uitnodigen. De onderwerpen hadden bijvoorbeeld kunnen zijn strategieontwikkeilng, tekenpaketten, flowmodelling, engineering, rekenhulp, brandveiligheid. Onderwerpen die refereren aan gezamenlijke problemen en interesses.”
Ogier Gravendeel: “Samenwerking met andere bladen- of turbinegerelateerde producenten kan helpen om pieken in de vraag te vullen.”
Mark van Loon: “De win-win situatie moet duidelijk zijn; bedrijven voor potentiële samenwerking moeten complementair zijn.”
“In Groot Composiet zijn concurrenten aanwezig, ook al hebben zij niet dezelfde product markt combinatie; het zijn jobbers die overal doorheen schieten. Ze veranderen hun product markt combinatie als zij de mogelijkheid zien mee te liften op andermans kennis en succes. Vaak betekent een uitbesteding dan een nieuwe concurrent erbij.”
Colette van der Ree: “Je kunt concurrentieel met elkaar samenwerken als je vertrouwen opbouwt in elkaar. En dat kost tijd. Soms jaren. Open innoveren met concullegas kost tijd, dat zeiden de deelnemende ondernemers.”
Ruth Mourik: “Pre-concurrentiele samenwerking is niet noodzakelijkerwijs een eerste stap in open innovatie tussen concurrenten, maar het is wel behulpzaam in het bieden van ruimte en tijd om elkaar te leren kennen en waarderen. En dat blijken wel noodzakelijkheden te zijn om concurrenten te laten samenwerken.”
Preconcurrentiële open innovatie samenwerking is een vorm van samenwerking die veel voordelen kan hebben. Verrtouwen kan onder andere ontstaan wanneer partijen bekend zijn met elkaar en elkaars procedures (Klein Woolthuis, 1999). Deze vorm van vertrouwen leidt eerder tot een volgende samenwerking wanneer de vorige samenwerking als positief werd ervaren.
Bengtsson & Kock (2000) zien pre-concurrentiele samenwerking als middel om het samenwerkingsproces tussen concurrenten te vereenvoudigen Een samenwerking starten met de niet-concurrentiële fasen of taken kan helpen om vertrouwen op te bouwen.
Naast preconcurrentiële samenwerking kun je natuurlijk ook niet concurrentiële samenwerking hebben in een open innovatie proces. Wanneer partijen niet op hun core-business samenwerken, maar op nevenactiviteiten hoeft er geen gevoelige kennis gedeeld te worden en zijn concurrerende partijen toch in staat samen te werken.(Porter, 1990). Soms blijkt in een preconcurrentieel open innovatie proces dat partijen die elkaars concurrent leken te zijn, dit toch minder of niet te zijn, daar komen ze pas achter door vertrouwd met elkaar te raken. Dit was bijvoorbeeld ook het geval in de open-innovatiealliantie Groot Composiet, en bleken partijen elkaar juist te kunnen versterken (De Jong, 2006). Hierover wijden we verder uit in het onderwerp voeding van concurrenten.